Henri, in Lauw en omstreken gewoonweg "de coureur", was een niet onverdienstelijk renner.
De jongere generatie weet dit maar van "horen zeggen". De ouderen onder ons zullen zich zijn talrijke overwinningen herinneren alsof het gisteren was.

Op zestienjarige leeftijd reed hij zijn eerste koers te Kortessem bij de onderbeginnelingen. Dit zonder vergunning, dat ging zo in die tijd.
Na een drietal ronden smakte hij tegen de grond met als gevolg schaafwonden over zijn hele lichaam. Gedwongen opgave dus!
Zijn vader gaf hem de "wijze raad"om er meteen een punt achter te zetten. Maar Henri beet door.
Na een viertal koersen kon hij tamelijk goed volgen en stilletjes aan leerde hij de stiel. Winnen was nog iets anders natuurlijk. 

In 1958 maakte hij de overstap naar de beginnelingen. Hier won hij de eerste keer in Visé.
Datzelfde jaar won hij nog zes keer een koers.Nu had hij de smaak echt te pakken en was op weg naar een indrukwekkende zegereeks.

Op zijn negentiende in 1960, werd hij liefhebber. Voor het eerst had hij een sponsor; Flandria.
Dat jaar mocht hij zes keer met de bloemen naar huis
.

In 1962 verhuisden zijn ouders van Vreren naar Lauw, waar zij hun intrek namen in Café Welkom.
Op die manier verkreeg Henri een massa supporters. Er moesten bussen ingelegd worden om iedereen op de koersbestemming te krijgen.
Dat jaar won hij dertien keer, waarvan een memorable overwinning in zijn eigen dorp, Lauw.

In 1963 werd hij zelfs opgenomen in de nationale ploeg voor deelname aan de vredeskoers Warschau-Berlijn-Praag.

Van Links naar rechts : Spruyt  -Staelens - Vanneste - Kindermans -Notelaers -  Jaquemin

Hieronder tijdens een oefenkamp op Mallorca….

De onvermijdelijke overstap naar de onafhankelijken  is dan voor 1964.
In Zelzate wint hij voor de eerste keer.

Geregeld rijdt hij in de prijzen maar zijn tamelijk zwakke eindspurt verhindert meerdere zeges.

Het jaar 1965 brengt geen verbetering en  Henri besluit te stoppen.
Maar niet voorgoed...

Wat later gaat hij zijn geluk beproeven bij de ambachten.
Hier hervindt hij  koersgeluk en wint talrijke keren.

In het jaar 1973 wordt Henri zelfs kampioen van Limburg en dit voor eigen volk!

Met als gevolg een groot feest in Lauw.
Daarna wint hij nog enkele mooie wedstrijden en na een drietal jaar stopt hij met koersen wegens gezondheidsredenen.
Maar nog kan deze mooie sport hem niet loslaten. Vijf jaar later probeert hij nog een laatste keer.
Rugklachten spelen hem parten en dus moet Henri er voor goed mee ophouden.

Bij de liefhebbers koerste hij tegen enkele grote namen: Walter Godefroot, Roger Swerts, Tony Houbrechts, Jos Spruyt, Eddy Merckx...
Zijn mooiste overwinningen zijn Wihogne en Hasselt.
In Wihogne klopte hij alle grote liefhebbers uit die tijd, waaronder zijn goede vriend Roger Swerts.
In Hasselt versloeg hij Walter Godefroot.

De wedstrijd Wihogne-Huy-Wihogne werd gewonnen in Eddy Merckx stijl!
Swerts was platgevallen en Henri had hem opgewacht, samen met een Hollander reden ze in de achtervolging op de grote groep. Henri was die dag beresterk en kreeg de raad van Swerts om alleen het gat dicht te rijden, de twee hadden het moeilijk om zijn tempo te volgen. Maar Henri bleef aandringen op samenwerking, de eindstreep was nog ver, en zo haalden ze de groep toch in. En in het peloton voelde onze vriend het is nu of nooit, en trok er alleen vandoor.
Hij verkeerde in een superdag en bereikte de aankomst met maar liefst drie minuten voorsprong.

In Onze -Lieve -Vrouw Tielt versloeg hij Willy Planckaert na een zware koers over kasseistenen in de spurt, welliswaar voor de vierde plaats, maar toch een prestatie...

En dan vertelt Henri over een koers in Grimbergen
Een twintigtal kilometers van de streep zijn zeven man voorop, waaronder Henri. Een stevig tempo werd er op na gehouden.
Plots valt één van die vluchters plat. Haha eentje minder, denkt onze vriend!
De zes rijden door maar plots stuift de voornoemde pechvogel hun aan de linkerkant van de weg voorbij, niemand kan hem ook maar een meter volgen.
Met grote voorsprong wint die renner de koers.
Na de wedstrijd zegt Henri tegen een van zijn supporters:" Dat heb ik nog nooit gezien, van die ga je nog horen, dat is een toekomstig wereldkampioen".
Die nobele onbekende was een zekere Eddy Merckx...

Toen hij liefhebber was trainde Henri tot 130km per dag.
Zijn voeding bestond uit biefstuk, duifjes, vis, rijst en havermout. Van de tegenwoordige"spagettikost"was toen nog geen sprake.
In die tijd beschikte hij ook al over een persoonlijke chauffeur.
Dit was Raymond Hubrechts ofwel Theophile Petiels.
Zijn fietsmateriaal was van het merk supplex, heel goed, maar niet te vergelijken met wat de renners nu ter beschikking hebben
Bij de ambachten was het leven en laten leven, zo vertelt Henri." De eerste zeven plaatsen waren elk 250 frank waard, ik heb menige overwinning verkocht dan had ik toch al geld voor mijne naft"

Na zijn carrière heeft Henri nooit een andere sport beoefend tenzij...de duivensport.
Maar daar was hij al mee bezig toen hij renner was.
En in deze sport is hij ook al een echte kampioen, getuige ons verslag van de "duivenmelkers".

Wanneer mogen we een volgende wielerkampioen begroeten in Lauw?